Sinterklaas 2021

1. Wij vieren Sinterklaas...

 

• Natuurlijk, met alles erop en eraan, gedichten en surprises
• We maken wel een feestje van de avond, met lekker eten, maar doen geen cadeautjes
• We doen niks aan sinterklaasavond, we doen cadeautjes met kerstmis
• We vieren helemaal geen sinterklaas. Van mij hoeft al dat commerciële gedoe niet.

2. Hoe vullen jullie die avond in?

 

• Alleen de kinderen krijgen cadeaus
• Er is voor iedereen een cadeau
• We hebben cadeaus en gedichten
• We hebben cadeaus en surprises
• We hebben cadeaus gedichten en surprises
• We vieren het Sinterklaas dobbelspel
• We doen er niks aan
• anders/niet

3. Hoe is het organisatorisch ingevuld?

 

• We hebben vooraf lootjes getrokken. Je hoeft alleen iets te kopen voor degene wiens lootje je hebt
• We hebben vooraf lootjes getrokken, maar kopen ook kleine cadeautjes voor de rest
• We kopen cadeautjes voor iedereen
• Alleen de volwassenen kopen cadeaus
• We doen niet aan sinterklaas
• anders/niet

4. Hoeveel geven jullie per persoon uit aan de cadeaus?
 

• Minder dan € 5, - per persoon
• Tussen de €5,- en € 10, - per persoon
• Meer dan €10,- per persoon
• Meer dan €25,- per persoon
• Tussen de € 25,- en € 50,- euro per persoon
• Meer dan € 50,- per persoon
• anders/niet

5. Hoeveel tijd besteed je aan het maken van de surprise?
 

 

• 1 uurtje
• 1 dag
• Al gauw een week lang iedere avond
• Ik ben er al weken mee bezig
• We doen geen surprises

6. En hoe doen jullie dat met gedichten?

• Voor iedereen waarvoor je een cadeautje hebt, schrijf je ook een gedicht
• We maken alleen gedichten voor mensen die we hebben getrokken
• We doen helemaal niet aan gedichten

7. Als jullie wel aan gedichten doen, om wat voor gedichten gaat het dan?

• Hoe langer, hoe beter
• Hoe gemener, hoe beter
• Ze mogen best een beetje vilein zijn, maar niet te
• We houden het vooral aardig
• Ik ben allang blij als ik vier regels heb die rijmen
• We doen niet aan gedichten

9. werken jullie met verlanglijstjes?


 

• Ja anders is het niet te doen.
• Nee, dan is de verrassing eraf
• We doen geen cadeautjes

10. Hoe vaak mogen de kinderen de schoen zetten in de aanloop naar sinterklaasavond

 

• Niet
• Eens per week
• Alleen op de dag van de intocht
• Alleen op 5 december
• Iedere avond
• Een paar keer per week

11. Wat staat er op tafel?

 

• Pepernoten, snoepgoed, banketletters, alles!
• Gewoon een bakje chips
• Ik maak allemaal lekkere hapjes
• Niks, het draait niet altijd om eten

12. Waar koop je je cadeaus?
 

• Ik koop bijna alles in fysieke winkels
• Ik koop vrijwel alles online
• Ik heb het hele jaar door al cadeautjes verzameld
• Ik koop vooral tweedehands (via marktplaats en vintagewinkels)
• Ik maak de meeste cadeaus zelf
• anders/niet

14. Wat vind je een goed leeftijd om je kind de waarheid over Sinterklaas te vertellen?


 

• Mijn kinderen hebben dat altijd al geweten. Ik wil niet tegen ze liegen
• Voor ze naar de basisschool gaan.
• Voor ze naar groep 3 gaan. Ik wil niet dat ze het van iemand anders horen
• Ik hou het sprookje zolang mogelijk in ere
• ik heb geen kinderen

15. Hoe oud was je zelf toen je de waarheid te horen kreeg?

 

• Ik wist het altijd al
• Tussen de 4 en de 6
• Tussen de 6 en de 8
• Jonger dan 10
• Ouder dan 10

18. En wie maakt uiteindelijk de surprise voor op school?

 

• Mijn kind zelf natuurlijk
• Mijn kind, met een beetje hulp van mij
• Ik zit nachtenlang te knutselen
• Niemand; ik heb geen kinderen/op school vieren ze het niet

19. Hoeveel kilo kruidnoten gaat er bij jou thuis doorheen?


 

• Geen, ik vind die dingen hartstikke vies
• Valt wel mee, af en toe een bakje, maar niet overdreven
• We eten ze alleen op sinterklaasavond zelf
• Kilo’s!

20. En tot slot, waar kunnen ze jou voor wakker maken (wat is je favoriete onderdeel)?

• De cadeaus!
• De surprise
• De gedichten
• Het snoepgoed
• anders/niet